Bij het horen van het woord mythe komt vaak als eerste het idee van verzinsel naar boven. Een mythe is een verhaal met een twijfelachtig waarheidsgehalte waar mensen in geloven, tot ze meer kennis van zaken hebben. Wie mythe intypt op Google, zal er achter komen, dat het begrip op verschillende manieren wordt gebruikt. Er blijken bijvoorbeeld veel mythes te zijn over gezond eten, of er ontstaan mythes rondom een ingrijpende gebeurtenis of de dood van een belangrijk persoon. Daarnaast kunnen ook complexe begrippen een mythisch karakter krijgen, zoals bijvoorbeeld “De mythe van het kunstenaarschap”, waar Camiel van Winkel in zijn gelijknamige boek over geschreven heeft. Hoe het woord ook verbasterd is, in de oorspronkelijke betekenis van het woord gaat het om verhalen waarbij onbegrepen natuurverschijnselen, zoals het ontstaan van het universum en de wisseling van seizoenen, werden vertaald in symbolische verhalen waarin helden een rol speelden.
De meest bekende mythes die onze cultuur zijn bijgebleven, zijn afkomstig uit het oude Griekenland. In Griekse verhalen vormen halfgoddelijke helden de verbinding tussen hemel en aarde. Kunstenaars hadden niet alleen een belangrijk aandeel in het creëren van deze mythes, ook het vorm geven en het “in leven houden” van deze heroïsche verhalen werd aan de kunst overgelaten. In de Griekse oudheid kwam dit vooral tot uiting in de literatuur, beeldhouwkunst en beschilderingen op vazen.
Met de komst van het Christendom verdween de Griekse mythologie naar de achtergrond van de westerse cultuur. Ondanks dat er verschillen zijn in vormgeving en uitwerking, zou je kunnen zeggen dat de ene mythologie werd vervangen door de andere, want ook in de bijbel zijn talloze mythische aspecten te vinden.
Sinds de verlichting in de 19e eeuw is ook het Christendom meer naar de achtergrond gedrongen en zijn de kernideeën van de verhalen meer in twijfel getrokken. Veel mensen zijn sceptischer geworden over wijze lessen. Met de kennisontwikkeling is het aanzien van mythische verhalen gedaald. Sprookjes, sagen en mythen die vroeger een belangrijke symboolwaarde hadden, worden vaak vandaag meestal nuchter opgevat als vermakelijke verhaaltjes voor het slapen gaan. Mytholoog Joseph Campbell merkt dan ook op in zijn boek “The Power of Myths” dat de huidige tijd te maken heeft met een sterke ontmythologiserende stroming, die de ooit zo belangrijke verhalen omverwerpt en vervormd tot amusement. Ook wordt de beeldende kunst niet langer ingezet om mythische verhalen te verbeelden.
Hoewel Campbell suggereert dat de mythe vandaag de dag zijn kracht heeft verloren, steken bepaalde aspecten van de mythe nog regelmatig de kop op. Duizenden, soms wel miljoenen mensen kunnen zich zonder gene overgeven aan de fascinatie voor bepaalde beroemdheden. En regelmatig zijn er wel publieke figuren, die tot in bijna goddelijke proporties door het publiek worden uitvergroot. Zo werd Prinses Diana na haar dood overal herdacht en hebben talloze autobiografen geprobeerd haar leven te beschrijven. Daarnaast zijn bijvoorbeeld Elvis Presley, James Dean, Michael Jackson, Anne Frank en Kennedy uitgeroeid tot mythische iconen.
Ondanks de “ontmythologiserende stroming” blijkt er dus ook in onze tijd nog wel degelijk behoefte aan bepaalde mythische aspecten.
De vraag is of deze moderne, mythische helden op een gelijke manier aan deze behoefte voldoen zoals in de oude mythes. Of is er, net als bij het taalkundig gebruik van het woord mythe, sprake van een verandering of zelfs verbastering van de oorspronkelijke betekenis?
Volgens Campbell hebben de originele mythische verhalen een symbolische relatie met de innerlijke ervaringswereld van mensen. Een belangrijke eigenschap van het mythische verhaal is, dat het een transformatie in het bewustzijn teweeg brengt, die het verheft boven aardse zaken. De mythes spelen zich niet af op het wereldse vlak, maar op een hoger geestelijk niveau. De heldhaftige verhalen staan in feite symbool voor de spirituele ontwikkelingen die elke mens doormaakt, zodra hij zich overgeeft aan een bepaald ideaal of doelstelling.
Omdat de mythe zich verheft boven de tastbare wereld is waarheid bij de mythe niet relevant. Terwijl de moderne wetenschap door middel van analyse de werkelijkheid achter teksten probeert op te sporen en veel godsdiensten de neiging hebben heilige teksten als ultieme waarheid op te vatten, heeft de mythe alleen een symbolische betekenis. Ze dient eerder als spiegel voor de menselijke ziel of als bron voor inspiratie, dan als een letterlijke leidraad voor het leven. Wel kunnen de moeilijkheden die horen bij het bestaan door middel van de mythische verhalen gemakkelijker worden herkend en overwonnen.
Campbell heeft in zijn jarenlange studie opgemerkt, dat iedere cultuur gelijksoortige mythes heeft. Het creëren van mythes was niet alleen iets van de Grieken, maar bijvoorbeeld ook van ook de Inca’s, Azteken en oosterse culturen. Door bestudering van talloze mythische verhalen ontdekte hij dat steeds dezelfde structuren terugkwamen; telkens komt een held ten tonele die zich in het onbekende waagt, bepaalde beproevingen ondergaat en uiteindelijk het kwaad overwint en de mensheid verder helpt.
Net als bij de oude culturen, hebben we in onze hedendaagse maatschappij bewondering voor personen die vanuit een lage rang weten op te klimmen en een bijzondere bijdrage leveren aan de rest van de samenleving. Bepaalde stappen van de mythische held, zoals Campbell ze heeft uitgelicht, zijn in onze maatschappij te verbinden aan succes en eerbied. Toch is er voor het uitgroeien tot een mythe meer nodig dan het uitblinken in prestatie. Zoals de traditionele held magische krachten bezit en bijna bovennatuurlijke transformaties ondergaat, zo moet ook de moderne mythische held iets hebben waar we met ons verstand geen vat op krijgen. Sommige beroemdheden proberen daarom zichzelf te “mythologiseren”. Ze spelen met autobiografische elementen, vermengen echte en verzonnen verhalen rondom hun leven en gedragen zich onvoorspelbaar en afwijkend. Ze maken zichzelf zoveel mogelijk ongrijpbaar om op die manier iets mysterieus of zelfs goddelijks te krijgen.
Hoewel dit bewuste proces van “mythologiseren” weleens blijkt te werken, houdt het in de meeste gevallen niet lang stand. De meeste verering blijft uitgaan naar beroemdheden die vroeg zijn overleden; een tragische ongeval, een moord, een vreemde ziekte of een plotselinge verdwijning, al deze incidenten sluiten goed aan op het mythische. Het zijn gebeurtenissen die we ze nooit helemaal “begrijpen” en na de dood blijven nagalmen in onze cultuur.
De heroïsche verhalen van vroeger speelden zich dus op symbolisch niveau af, hadden een collectieve voorbeeldfunctie en konden op meerdere, persoonlijke manieren worden geïnterpreteerd. De verhalen bevatten lessen die voor iedereen naar het dagelijks leven vertaald konden worden. Tegenwoordig zijn de oorspronkelijke mythes verdwenen, maar toch zoeken we nog steeds naar heldenfiguren die onze behoefte aan het verhevene kunnen vervullen. Terwijl de oude heldenverhalen de chaotische en complexe kant van het leven juist begrijpelijker konden maken en inzicht gaven in het leven, lijken we tegenwoordig de diepere symboolfunctie niet meer goed te kunnen vatten.
Onze behoefte aan waarheid en fixatie op de persoon achter de mythe lijken de symbolische waarde van de held in de weg te staan. De overdadige details, gekleurde verhalen en beelden van de media voldoen wel aan een behoefte, maar laten tegelijkertijd weinig ruimte voor persoonlijke interpretaties. De mythische held van blijft bij het publiek zo vaak hangen in oppervlakkige verheerlijking en de belangrijke lessen voor het persoonlijke leven worden meestal niet meer uit het mythische voorbeeld getrokken. Wellicht is het een belangrijke functie van de kunst om deze verloren symboliek opnieuw gestalte te geven en een hedendaagse Odysee of Oedipoes terug te brengen.